Gelet op het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, in het bijzonder artikel 41, lid 2,14°;
Gelet op het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van de provincie- en gemeentebelastingen, gewijzigd bij decreten van 28 mei 2010 en 17 februari 2012;
Gelet op de wet van 25 juni 1993 betreffende de uitoefening van ambulante activiteiten en de organisatie van openbare markten, gewijzigd bij het Decreet van 24 februari 2017 tot wijziging van artikel 8 en 10 van de wet van 25 juni 1993 betreffende de uitoefening van ambulante en kermisactiviteiten, en latere wijzigingen;
Gelet op het K.B. van 24 september 2006 betreffende de uitoefening en de organisatie van ambulante activiteiten, gewijzigd bij het Besluit van de Vlaamse Regering van 21 april 2017 houdende de wijziging van diverse bepalingen van het KB van 24 september 2006 betreffende de uitoefening en de organisatie van ambulante activiteiten en latere wijzigingen;
Gelet op de omzendbrief KB ABB 2019/2 van 15 februari 2019 over de gemeentefiscaliteit;
Gelet op de beslissing van de gemeenteraad van 14 november 2022 houdende gemeentelijk reglement op de ambulante handel te Koksijde;
Gelet op het belastingreglement op de ambulante handel op door de gemeente ingerichte openbare markten (periode van 20 oktober 2020 tot 31 december 2023), hervastgesteld bij gemeenteraad van 21 oktober 2020;
Overwegende dat wegens de toeristische aantrekkelijkheid van Koksijde en Oostduinkerke (Zeedijk) gedurende de maanden juli en augustus de vraag naar standplaatsen veel groter is dan gedurende de overige maanden en dat een verregaande prijsdifferentiatie per periode noodzakelijk is teneinde een aantrekkelijk aanbod aan de gebruikers van de openbare markt te kunnen aanbieden;
Overwegende dat een duidelijke prijsdifferentiatie tussen standplaatsen met en zonder abonnement en een vermindering op de abonnementsprijzen bij vervroegde betaling noodzakelijk is om de continuïteit van de openbare markten en een voldoende aanbod aan marktkramers buiten de zomerperiode te waarborgen;
Overwegende dat de korting voor een abonnement verantwoord wordt door de administratieve vereenvoudiging van betaling via overschrijving voor de aanvang van de marktperiode;
Overwegende dat de indexatie noodzakelijk is om de marktprijzen aan te passen aan de levensduurte en de kosten voor het organiseren van de markt; dat een prijsdifferentiatie per markt noodzakelijk is teneinde de leefbaarheid van de markt te behouden en een aantrekkelijk aanbod aan de gebruikers van de openbare markt te kunnen aanbieden;
Overwegende de financiële toestand van de gemeente die het noodzakelijk maakt de belastingen te vestigen om aldus het begrotingsevenwicht na te streven; dat de organisatie van een openbare markt kosten teweegbrengt voor het gemeentebestuur, zowel direct (personeels- en werkingskosten marktleider(s), energiekosten, signalisatiekosten en afvalbeheer) als indirect (veiligheidskosten door de toeloop naar de markten); dat deze kosten gestegen zijn door de stijging van de spilindex en prijsstijgingen van energie en werkingskosten;
Overwegende dat sinds 1 juli 2010 de tarieven voor de houders van een abonnement voor de openbare vrijdagmarkt te Koksijde niet gewijzigd zijn en sinds 1 januari 2015 de tarieven voor de houders van een abonnement voor de openbare dinsdagmarkt te Oostduinkerke zelfs verlaagd zijn;
Art. 1: Deze belasting treedt in voege op 1 januari 2024 en eindigt op 31 december 2027. Dit is een belasting die geheven wordt op de inname van een standplaats voor het voeren van ambulante activiteiten in de zin van artikel 2 van de wet van 25 juni 1993 betreffende de uitoefening en de organisatie van ambulante en kermisactiviteiten op de door de gemeente ingerichte wekelijkse openbare markten.
Art. 2: De belasting is verschuldigd door de ambulante handelaar, ongeacht of de handelaar een natuurlijke persoon of rechtspersoon betreft. De aangestelde van de ambulante handelaar, aanwezig op de openbare markt, is hoofdelijk aansprakelijk voor de betaling van de belasting.
Art. 3: De belasting wordt berekend per ingenomen standplaats, ongeacht de aangeboden koopwaar, per drie lopende meter en per marktdag, gemeten aan de verkoopzijde van het kraam of de uitstalling en wordt voor de houders van een abonnement als volgt vastgesteld:
§1 niet-geïndexeerd basistarief:
Openbare vrijdagmarkt Koksijde
Openbare dinsdagmarkt Oostduinkerke
Formule: niet-geïndexeerd basistarief vermenigvuldigd met het gezondheidsindexcijfer van de maand augustus die aan de aanpassing voorafgaat gedeeld door het gezondheidsindexcijfer van augustus 2023.
Het resultaat van deze formule wordt afgerond naar boven op de eerste decimaal na de komma wanneer de tweede decimaal van het bekomen resultaat vijf of meer dan vijf is, naar beneden op de eerste decimaal na de komma wanneer de tweede decimaal van het bekomen resultaat minder dan vijf is.
Art. 4: Voor de lengte van de standen op de dagmarkten wordt steeds een ondeelbare eenheid van 3 meter aangerekend. Indien de lengte van deze standen tussen 3 en 6 meter, tussen 6 en 9 meter of tussen 9 en 12 meter bedraagt, dan wordt het standgeld aangerekend van respectievelijk 6, 9 of 12 meter derwijze dat steeds een veelvoud van 3 lopende meter in aanmerking komt.
Art. 5: Een vermindering op de abonnementsprijzen wordt toegestaan:
Art. 6: De kostprijs voor een losse standplaats stemt overeen met de berekende kostprijs volgens de afmeting en het tarief bepaald onder artikel 3, vermeerderd met 20% per dag per standplaats met een minimum van 5,00 euro, met dien verstande dat de bekomen kostprijs voor een losse standplaats na indexatie wordt afgerond naar het hoger geheel getal (geen cijfers na de komma).
Art. 7: De belasting moet contant vereffend worden overeenkomstig de hiernavolgende bepalingen:
Art. 8: Bij gebreke aan onmiddellijke betaling wordt de belasting ingevorderd bij middel van een kohier overeenkomstig de bepalingen van het decreet van 30 mei 2008.
Art. 9: Dit reglement is niet van toepassing op de avondmarkten.