Gelet op de grondwet, in het bijzonder artikelen 41, 162 en 170 §4;
Gelet op het decreet van 30 mei 2008, en latere wijzigingen, betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen;
Gelet op het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, en latere wijzigingen, en in het bijzonder artikel 40 §3, artikel 41 14°, artikel 286 §1, artikel 287, artikel 288 en artikel 330;
Gelet op de omzendbrief van 15 februari 2019 van de Vlaams minister van Binnenlands Bestuur, Inburgering, Wonen, Gelijke Kansen en Armoedebestrijding houdende coördinatie van de onderrichtingen over de gemeentefiscaliteit;
Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 18 december 2023, en latere wijzigingen, houdende het algemeen politiereglement;
Overwegende de inspanningen die de gemeente levert voor het nivelleren van het strand, het rein houden van het strand, de baden- en strandinfrastructuur en de reddingsdienst aan zee ten behoeve van de badgasten die strandcabine plaatsen of verhuren; dat de gemeente voor het ingebruiknemen van de concessie baden een concessievergoeding moet betalen, die ook aangerekend wordt op de geplaatste strandcabines;
Overwegende de financiële toestand van de gemeente;
Art.1: Voor de aanslagjaren 2026 tot en met 2031 wordt een jaarlijkse gemeentelijke belasting gevestigd op het plaatsen van cabines op het strand, met uitzondering van aan uitbaters toegekende (domein)concessies op het strand.
Art.2: Het plaatsen van cabines op het strand is onderworpen aan de schriftelijke machtiging van het College van Burgemeester en Schepenen, alsook aan het betalen van een jaarlijkse belasting. Deze machtiging is enkel geldig voor de duur van het badseizoen zoals vastgesteld in het plaatselijk algemeen politiereglement.
Art.3: De jaarlijkse belasting wordt vastgesteld als volgt:
De cabines welke ter beschikking gesteld worden, al dan niet tegen betaling van een prijs, aan derden door private personen, handelaars, feitelijke verenigingen of rechtspersonen worden beschouwd als cabines niet uitsluitend dienend voor eigen gebruik van de eigenaar-aanvrager en zijn gezin.
Art.4: De belasting is verschuldigd door de natuurlijke, feitelijke of rechtspersoon die de machtiging tot plaatsing heeft aangevraagd. De eigenaar van de cabine is de belasting hoofdelijk verschuldigd.
Art.5: De belasting moet zonder uitstel betaald worden tegen afgifte van een betalingsbewijs of door overschrijving op de bankrekening van het gemeentebestuur.
Vooraleer de machtiging te verlenen dient het bedrag van de belasting in handen van de financieel directeur van de gemeente of op de gemeenterekening in bewaring gegeven. Deze bewaargeving brengt geen interesten op.
Bij gebreke aan contante betaling wordt de belasting ingevorderd bij middel van een kohier overeenkomstig de bepalingen van het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen, en latere wijzigingen.
Art.6: Deze belasting is niet van toepassing op de door het gemeentebestuur toegekende (domein)concessies op het strand voor plaatsing en uitbating van cabines.