Gelet op de wet betreffende de politie over het wegverkeer, gecoördineerd bij koninklijk besluit van 16 maart 1968;
Gelet op het koninklijk besluit van 1 december 1975 houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg;
Gelet op het ministerieel besluit van 11 oktober 1976 waarbij de minimumafmetingen en de bijzondere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens worden bepaald;
Gelet op het decreet van 16 mei 2008 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van de verkeerstekens;
Gelet op het uitvoeringsbesluit van 23 januari 2009 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van de verkeerstekens;
Gelet op de omzendbrief MOB/2009/1 van 3 april 2009;
Gelet op het decreet over lokaal bestuur van 22 december 2017, art. 40, §3 en art. 286;
Overwegende dat het aanvullend reglement enkel gemeentewegen betreft;
Overwegende dat er voldoende ruimte is om een kleine rotonde aan te leggen op het kruispunt C. Permekelaan en de Jan van Looytaan;
Art. 1: Ter hoogte van de rotonde op het kruispunt van de C. Permekelaan met Jan Van Looylaan geldt: verplicht rondgaand verkeer. De bestuurders zijn verplicht de inrichting bestemd om het verkeer te leiden aan hun linkerhand te laten. Op de openbare wegen die uitkomen op de rotonde op het kruispunt van de C. Permekelaan met de Jan Van Looylaan geldt: de bestuurders moeten voorrang verlenen.
Dit wordt gesignaleerd door:
- verkeersborden D5
- verkeersborden B1
Art. 2: Dit aanvullend reglement wordt ter kennisgeving overgemaakt aan de afdeling Vlaams Huis voor de Verkeersveiligheid.