Terug
Gepubliceerd op 06/09/2024

Besluit  gemeenteraad

ma 02/09/2024 - 19:30

Verlenen van machtiging aan het college van burgemeester en schepenen tot het vaststellen retributies van verkoopprijzen goederen in shops van de gemeente

Aanwezig: Julie Paelinck, voorzitter
Marc Vanden Bussche, burgemeester
Stéphanie Anseeuw, Dirk Dawyndt, Ivan Vancayseele, Charlotte Castelein, schepenen
Luc Deltombe, Greta Delie, Benedicte Dalle, Elwin Van Herck, Greta Verhaeghe, Peter Hillewaere, Adelheid Hancke, Henk Ghyselen, Sander Loones, Patricia Vandenbroucke, Bart Pieters, Alain De Coster, Dirk Decorte, Koen Ringoot, Sabelle Diatta, Inge Vandekeere, Pascale Baeselen, Hylke Castelain, raadsleden
Pascale Feys, adjunct algemeen directeur
Verontschuldigd: Lander Van Hove, schepen
Suze Bogaerts, Dominique Wolter Hofmans, raadsleden
Joeri Stekelorum, algemeen directeur

Gelet op artikel 41, 2° lid, 14° van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 (vaststellen van de machtiging tot het heffen van de retributies en de voorwaarden ervan, inclusief verminderingen en vrijstellingen);

Gelet op boek XIX W.E.R betreffende de consumentenschulden;


Overwegende dat Navigo Visserijmuseum en Abdijmuseum Ten duinen een museumshop uitbaten waar goederen/producten verkocht worden die ofwel in depot gegeven worden ofwel aan vaste prijs door derden worden aangeboden ofwel zelf aangekocht worden voor verkoop; dat ook in culturele centra zoals bv Ten Bogaerde nav tentoonstellingen een shop wordt georganiseerd; dat nog andere shops binnen de gemeente kunnen worden georganiseerd;
dat het voor de administratieve verwerking eenvoudiger is om de grote krijtlijnen te bepalen van de prijsbepaling via een machtigingsbesluit van de gemeenteraad; dat daarmee het college van burgemeester en schepenen aan de slag kan om telkens een nieuwe shop of nieuwe goederen in shops worden te koop aangeboden de verkoopprijzen te bepalen bij collegebeslissing in plaats van telkens per raadsbesluit; dat het college gebonden is door de bepalingen van dit machtigingsbesluit bij de bepaling van de verkoopprijs; dat deze verkopen onder toepassing van BTW regels vallen;

Overwegende dat de werking en uitbating van een museumshop integraal deel uitmaakt van de te evalueren punten binnen een museumwerking door de Vlaamse overheid i.k.v. de jaarlijkse werkingssubsidie; 

Overwegende dat sommige artikelen een door de verkoper opgelegde verkoopprijs kennen die door de verkoper nageleefd moet worden;

Overwegende dat marge die toegepast wordt, dient om de kosten van personeel, software, financiële en fiscale afhandeling van de shop te dekken;

Overwegende dat voor producten/goederen die worden ingekocht een marge van 2 wordt toegepast om de verkoopprijs te bekomen; dat voor Gadgets volgende formule wordt toegepast: (Inkoopprijs X marge 2) + BTW 21% = Verkoopprijs inclusief BTW af te ronden op 0,50 of dichtste geheel getal; dat voor Boeken: (Inkoopprijs X marge 2) + BTW 6% = Verkoopprijs inclusief BTW af te ronden op 0,50 of dichtste geheel getal;

Overwegende dat op producten die in depot worden afgenomen minimaal 20 % commissievergoeding dient afgestaan te worden aan de gemeente ter dekking van de kosten van personeel, software en financiële en fiscale afhandeling van de shopverkopen in depot; dat hierin de BTW is inbegrepen;

Overwegende dat de verkoopprijzen incl BTW worden afgerond op € 0,5 of op het dichtste geheel getal, om de hoeveelheid wisselgeld maximaal te beperken voor de veiligheid en om fouten met teruggave van cash gelden te vermijden;

Overwegende dat de betaling zonder uitstel moet gebeuren voor de afgifte van het product plaatsvindt; zonder uitstel betekent dat de betaling gebeurt volgens de modaliteiten aangeduid ter plaatse (elektronisch betaalmiddel of contant, cheques worden niet aanvaard);

Overwegende dat een procedure voor de kosten van invordering voor niet betaalde retributies/facturen dient opgenomen conform de wetgeving op consumentenschulden;

Publieke stemming
Aanwezig: Julie Paelinck, Marc Vanden Bussche, Stéphanie Anseeuw, Dirk Dawyndt, Ivan Vancayseele, Charlotte Castelein, Luc Deltombe, Greta Delie, Benedicte Dalle, Elwin Van Herck, Greta Verhaeghe, Peter Hillewaere, Adelheid Hancke, Henk Ghyselen, Sander Loones, Patricia Vandenbroucke, Bart Pieters, Alain De Coster, Dirk Decorte, Koen Ringoot, Sabelle Diatta, Inge Vandekeere, Pascale Baeselen, Hylke Castelain, Pascale Feys
Voorstanders: Julie Paelinck, Marc Vanden Bussche, Stéphanie Anseeuw, Dirk Dawyndt, Ivan Vancayseele, Charlotte Castelein, Luc Deltombe, Greta Delie, Benedicte Dalle, Elwin Van Herck, Greta Verhaeghe, Peter Hillewaere, Adelheid Hancke, Henk Ghyselen, Sander Loones, Patricia Vandenbroucke, Bart Pieters, Alain De Coster, Dirk Decorte, Koen Ringoot, Sabelle Diatta, Inge Vandekeere, Pascale Baeselen, Hylke Castelain
Resultaat: Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen.
besluit

Art. 1: De gemeenteraad geeft machtiging aan het college van burgemeester en schepenen om de retributies van verkoopprijzen van goederen/producten in shops (zoals Navigo Visserijmuseum, Abdijmuseum Ten Duinen, Kunstencentrum Ten Bogaerde, cc Casino,..) te bepalen rekening houdend met volgende regels:

  • voor goederen waarvan de verkoopprijs opgelegd wordt door de verkoper: deze opgelegde verkoopprijs wordt niet gewijzigd.
  • voor goederen die worden ingekocht door de gemeente (of haar diensten) wordt een marge van 2 toegepast om de verkoopprijs te bekomen, te verhogen met het toepasselijk BTW tarief:
  • voor producten onder BTW 21% en gadgets wordt volgende formule toegepast om tot de verkoopprijs te komen: (Inkoopprijs X marge 2) + BTW 21% = Verkoopprijs inclusief BTW af te ronden op € 0,50 of dichtste geheel getal;
  • voor boeken wordt volgende formule toegepast om tot de verkoopprijs te komen: (Inkoopprijs X marge 2) + BTW 6% = Verkoopprijs inclusief BTW af te ronden op 0,50 of dichtste geheel getal;
  • voor goederen die in depot worden genomen dient minimaal 20 % commissievergoeding afgestaan te worden aan de gemeente met inbegrip van BTW.

de verkoopprijzen incl BTW worden afgerond op € 0,5 of op het dichtste geheel getal

Art. 2: De betaling van de goederen gebeurt zonder uitstel voorafgaand aan de afgifte van de producten.

Art. 3:

§1 Ingeval van bestelling van goederen op factuur, is de factuur te betalen binnen de veertien kalenderdagen volgend op de factuurdatum.

§2 De schuldenaar van de retributie, die niet akkoord gaat met de toegestuurde schuldvordering beschikt over een termijn van 7 kalenderdagen, volgend op de factuurdatum, om zijn niet-akkoord met de toegestuurde schuldvordering schriftelijk en gemotiveerd in te dienen bij het college van burgemeester en schepenen, dat erover beslist rekening houdend met dit reglement. Indien de schuldenaar van de retributie, geen beroep instelt bij het schepencollege, dan wordt de schuldvordering als onbetwist en opeisbaar beschouwd in de zin van artikel 177 van het decreet over het lokaal bestuur.

§3 Bij gebreke aan betaling op de vervaldag vermeld op de factuur, is volgende invorderingsprocedure van toepassing:

  • eerste betaalherinnering: gratis;
  • aangetekende aanmaning: 10 euro;
  • minnelijke ingebrekestelling door advocaat of gerechtsdeurwaarder met verhoging forfaitaire vergoeding voor de invorderingskosten:
    • 10 euro als het verschuldigde saldo lager dan of gelijk is aan 150 euro;
    • 20 euro vermeerderd met 10 % van het verschuldigde bedrag op de schijf tussen 150,01 euro en 500 euro als het verschuldigde saldo tussen 150,01 euro en 500 euro is;
    • 55 euro vermeerderd met 5 % van het verschuldigde bedrag op de schijf boven 500 euro met een maximum van 2000 euro als het verschuldigde saldo hoger is dan 500 euro;
  • gerechtelijke invordering: bij gebreke aan minnelijke betaling en nadat een aangetekende maning werd verstuurd, wordt een dwangbevel overeenkomstig artikel 177 van het decreet over het lokaal bestuur opgemaakt door de financieel directeur. Het dossier wordt overgemaakt aan een gerechtsdeurwaarder. De gerechtsdeurwaarder zet de invordering gerechtelijk verder. De kosten, rechten en uitschotten blootgesteld in alle fasen van de invordering door de gerechtsdeurwaarder zijn integraal ten laste van de in gebreke blijvende schuldenaar van de retributie.

§4 Bij niet-betaling van betwiste retributies gebeurt de invordering via de burgerlijke rechtspleging.