Gelet op artikel 40 §3 en artikel 41, lid 2 °14 en de artikelen 286, 287 en 288 van het Decreet Lokaal Bestuur van van 22 december 2017;
Gelet op artikel 173 van de Grondwet;
Gelet op de wet van 29 juli 1991 en latere wijzigingen betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen;
Overwegende dat het noodzakelijk is dat de ambtenaar van burgerlijke stand zich voor een huwelijk in openlucht verplaatst van het gemeentehuis naar de betreffende locatie waarbij zowel diens verplaatsingstijd als verplaatsingskost in rekening moet worden gebracht;
Overwegende dat voor een huwelijk in openlucht materiaal door de gemeentelijke diensten moet worden voorzien;
Overwegende dat de noodzaak bestaat om de kosten verbonden aan het houden van een huwelijksplechtigheid in openlucht te verhalen op de kandidaat-trouwers;
Overwegende de financiële toestand van de gemeente;
Overwegende het advies van de financiële dienst;
Artikel 1:
Te rekenen vanaf 21 januari 2025 wordt, voor onbepaalde termijn, een retributie gevorderd ter vergelding van administratieve lasten (aanvoer materiaal), verplaatsingstijd en -kosten van personeel en ambtenaar burgerlijke stand bij huwelijken die worden voltrokken in openlucht voor de aangiften gedaan vanaf dezelfde datum.
Artikel 2
De retributie voor de voltrekking van huwelijken in openlucht bedraagt 150 euro en dekt de kosten die de gemeente maakt voor aanvoer materiaal, verplaatsingstijd en verplaatsingskosten van gemeentelijk personeel en de ambtenaar van de burgerlijke stand.
De retributie is verschuldigd door hen, in wiens voordeel of op wiens aanvraag de plechtigheid plaatsheeft en is onmiddellijk contant te betalen bij aangifte van het huwelijk, op gewoon verzoek.
Artikel 3:
Wanneer de huwelijksplechtigheid omwille van de weersomstandigheden, overmacht of veiligheidsredenen niet kan doorgaan in openlucht wordt de in artikel 2 betaalde retributie terugbetaald. Er is in dit geval door het gemeentebestuur geen intrest verschuldigd voor de termijn tussen de betaling en de terugbetaling van de retributie. De terugbetaling gebeurt op naam van de persoon die de retributie eerst betaalde en conform de modaliteiten zoals bepaald in het huishoudelijk reglement betreffende de huwelijksplechtigheden zoals goedgekeurd door de gemeenteraad op 20 januari 2025.
Artikel 4:
§1. Indien de betaling niet gebeurde op het moment van de aangifte van het huwelijk, dan moet de retributie betaald worden op factuur binnen de veertien kalenderdagen volgend op de factuurdatum.
§2. De schuldenaar van de retributie, die niet akkoord gaat met de toegestuurde schuldvordering beschikt over een termijn van 7 kalenderdagen, volgend op de factuurdatum, om zijn niet-akkoord met de toegestuurde schuldvordering schriftelijk en gemotiveerd in te dienen bij het college van burgemeester en schepenen, dat erover beslist rekening houdend met dit reglement. Indien de schuldenaar van de retributie, geen beroep instelt bij het schepencollege, dan wordt de schuldvordering als onbetwist en opeisbaar beschouwd in de zin van artikel 177 van het decreet over het lokaal bestuur.
§3 Indien de retributie niet tijdig betaald wordt overeenkomstig artikel 4 §1 worden volgende kosten aangerekend voor het verzenden van een niet-aangetekende aanmaning en het verzenden van een aangetekende aanmaning:
- Verzending van een niet aangetekende maning: Geen kosten
- Verzending van een aangetekende maning: € 10,00
De kosten voor het verzenden zowel een niet-aangetekende als aangetekende aanmaning zijn ten laste van de schuldenaar van de retributie.
§4. Met het oog op de invordering van de onbetwiste en opeisbare retributie kan de financieel beheerder een dwangbevel uitvaardigen, overeenkomstig artikel 177 van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur. Dat dwangbevel wordt betekend bij gerechtsdeurwaardersexploot.
§5. Met het oog op de invordering van de betwiste en opeisbare retributie dient de invordering te gebeuren via de burgerlijke rechtspleging.
§6. De kosten van de invorderingsprocedure zijn ten laste van de in gebreke blijvende schuldenaar.